PR0BLEEMSTELLING.
Uit een statistische verwerking van alle verschillende laboratoriumuitslagen,
die werden uitgevoerd tijdens 1982 en 1983 bij het varend personeel
, blijkt dat in 5,15 % van de onderzoeken er hematurie vastgesteld wordt
en bij 0,36 % albuminurie. Van de 33 bestudeerde tests, komt de microscopische
hematurie daarmee op de 8 ste rang van de meest voorkomende
afwijkingen, albuminurie slechts op de 2l ste rang.(1)
a. Betekenis van een proteïnurie.
De normale urine is niet volkomen proteïnen vrij . Door de glomeruli
wordt een zekere hoeveelheid proteïnen gefiltreerd, ongeveer 20 tot
30 mg/100 ml glomerulair filtraat. Deze hoeveelheid wordt echter nagenoeg
totaal gereabsorbeerd zodat per dag in normale omstandigheden maximaal
100 mg proteïnen (=fysiologische proteïnurie)langs de urine verloren
gaat. Deze geringe hoeveelheid is met de gewone klinische methodes (o.a.
de kookproef en de Albustix) niet in het licht te stellen. Indien de kookproef
dus positief is wijst dit op een abnormale hoeveelheid proteïnen in
de urine. Bij de beoordeling hiervan moet rekening gehouden worden met
het feit dat het mogelijk is na zware inspanningen bij normale personen
proteïnurie aan te treffen. Ook een langdurig volgehouden lumbale
hyperlordose kan bij personen met een soepele wervelzuil proteïnurie
verwekken.(verdwijnt met de leeftijd)
Een speciale vorm van niet pathologische proteïnurie is de orthostatische
proteïnurie die meestal optreedt rond de puberteit, en spontaan verdwijnt
rond 20 à 22 jaar. Ze treedt vooral op bij individu’s van het longiligne
type. Het mechanisme van deze proteïnurie is niet volkomen opgeklaard.
Het is mogelijk dat de lumbale hyperlordose die bij rechtstaan in die gevallen
meestal aanwezig is, een abnormale drukverhoging in de venae renales zou
voor gevolg hebben. Het is wel gekend dat drukverhoging in de venae renales
proteïnurie voor gevolg heeft.
Zo veroorzaakt bv. hartsdecompsensatie meestal een lichte proteïnurie.
Voor het aantonen van het orthostatisch karakter van een proteïnurie
moet gelet worden dat het onderzoek zou geschieden op een geconcentreerd
staal na strikte decubitus tijdens de collectieperiode. Bij orthostatisme
vermeerderen de meeste proteïnuries, zonder dat dit enige speciale
betekenis heeft. Het heeft dus geen zin te spreken over "een lichte proteïnurie
met belangrijke orthostatische componenten". Om te mogen spreken van een
orthostatische proteïnurie moet dus de urine op een geconcentreerd
staal, onderzocht tijdens strikte decubitus, volkomen proteïnen vrij
zijn.
Deze orthostatische proteïnurie heeft in de meeste gevallen een
gunstige prognose en verdwijnt spontaan. In zeldzame gevallen kan ze echter
toch een teken zin van een onderliggende nierziekte. Het is voorzichtig
deze diagnose slechts te stellen indien aan alle criteria strikt beantwoord
werd en de proteïnurie optrad tijdens de groeispurt.
Een pathologische proteïnurie kan ontstaan in verschillende omstandigheden.
-
een defect in de glomerulaire filter waardoor abnormaal grote hoeveelheden
plasmaproteïnen doorheen de basale membraan van de glomerulus gefiltreerd
worden. Dit gebeurt in geval van acute of chronische ontsteking van de
glomeruli (glomerulonefritis), evenals bij andere ziekten die gepaard gaan
met een beschadiging van de glomeruli (bv. amyloldose of lupus, maligne
hypertensie).
-
een defect in de tubulaire reabsorptie kan insgelijks verantwoordelijk
zijn voor een proteïnurie. Per 24 uur worden er nl.40 tot 50 gr. proteïnen
gefiltreerd, hoeveelheid die op een honderdtal mg na totaal door de tubuli
gereabsorbeerd wordt. Deze tubulaire reabsorptie kan gestoord zijn door
een congenitaal defect. 00k een pyelonefritis of een interstitiele nefritis
kunnen in sommige gevallen aanleiding geven tot het ontstaan van een tubulaire
proteïnurie.
-
proteïnurie door aanwezigheid van abnormaal kleine protemen in het
bloed. Deze vorm van proteïnurie treedt Op bij de ziekte van Kahier,
waarbij een overmaat aan "light chain" protemen fragmenten door prolifererende
plasmocyten geproduceerd wordt. Gezien hun laag moleculair gewicht worden
deze niet door de basale membraan weerhouden en komen dus in de urine terecht.
Ook Cadmiumintoxicatie geeft een eliminatie van proteïnen met laag
moleculair gewicht.
-
Elke pathologische proteïnurie neemt toe bij rechtstaan.
Betekenis van een hematurie.
Hematurie is een frequent probleem, voorkomend bij ongeveer 4 % van
de volwassen bevolking. Een hematurie kan haar oorsprong vinden in een
nierziekte of een urologisch letsel. Het kan 00k het gevolg zijn van een
stollingsstoornis. Wanneer bij het microscopisch onderzoek geen rode bloedcellen
(RBC) gevonden worden, kunnen we te maken hebben met een pigmenturie. In
dit geval wordt de urine rood gekleurd door bestanddelen van uit de voeding
(rode bieten, zwarte bessen, rabarber). Het kan 0ok een medicamenteuze
(zie tabel hieronder)of endogene oorsprong (porfyrines, hemoglobines, myoglobine)
hebben. Hemoglobine en myoglobine geven een positieve dip-stick test voor
bloed.
Niet elke hematurie wordt door een pathologische aandoening veroorzaakt.
Voorbijgaande of benigne hematurie kan optreden na zware inspanningen,
bij koorts, joggen en stomp trauma in de rug. 0ok niet -contactsporten
zoals roeien, zwemmen en pistelopen kunnen geassocieerd zijn met hematurie.
In dergelijke gevallen is verder onderzoek niet gewenst en overbodig
tenzij de hematurie persisteert of recidiveert.
[Terug] [inleiding]
[probleemstelling] [vluchtfactoren]
[versnellingen] [vibraties]
[drukverandering] [hydrazine]
|